Waar kan ik immer ruste vinden?
Waar kan ik immer ruste vinden?
Zo vraagt mijn ziele, mat en moe;
waar kan geen duist’re macht mij binden,
klinkt mij het woord des vredes toe?
Hier in ‘t liefd’rijk Vaderhuis,
die plaats, zo goed, zo rein,
hier vind ik mijn eigen thuis,
waar ik als kind mag zijn.
Was ook mijn Geest terneergebogen
of door de strijd mijn blik verward,
steeds trok des Vaders mededogen
mij als kind weer aan zijn hart.
Hier in ‘t liefd’rijk Vaderhuis,
waar geen gericht mij wacht,
hier wordt licht en zacht mijn kruis
en vind ik nieuwe kracht.
Nimmer nog heeft het brood ontbroken
voor zijn, zo grote, kinderschaar;
telkens heeft ‘s Vaders Geest gesproken,
als grote milde zegenaar.
Hier, in ‘t liefd’rijk Vaderhuis
zorgt ‘s Vaders vriend’lijkheid.
Ver van alle aards gedruis
Hij ons de dis bereidt.
Geen media