Afspelen
O zalig ‘t huis, waar Gij kunt binnentreden
O zalig ‘t huis, waar Gij kunt binnentreden,
waar elk der leden zich in u verblijdt;
waar onder alle gasten, die daar komen,
Gij, Heiland Jezus, steeds de liefste zijt.
Waar alle harten blijde voor u kloppen,
en aller oog vertrouwend op u blikt;
waar allen trachten naar uw wil te leven
en aller wens zich naar uw wensen schikt.
O, zalig ‘t huis, waar allen die daar dienen,
doordrongen zijn van hun zo grootse taak;
en al hun werk met liefd’ en trouw verrichten,
dit steeds beschouwend als een heil’ge zaak.
Waar oud en jong elkaar als huisgenoten,
als kind’ren Gods erkennend, achting biên;
in wederzijdse liefde en waardering
het wezen van de Vader wordt gezien.
O, zalig ‘t huis, waar uwe hulp gezocht wordt,
waar men bij vreugd’ de dank u niet onthoudt;
en men door u zijn leed en smart laat heil’gen,
als zielearts en trooster u vertrouwt.
O, dat wij immer waakzaam mogen blijven,
geen duist’re macht ‘t vertrouwen ons ontroov’,
dan wordt, aan ‘t einde van de dag des levens,
de eeuw’ge vrucht geoogst van ‘t rein geloof.
melodie met toestemming Rainer Schröter