Woord van de week – 1 juni

WB_25_06_01 Voor zondag 1 juni 2025
Zegenen, tot lof van de glorie van God Johannes 16:5-15
5 Nu ga Ik weg, naar Hem die Mij gezonden heeft, maar niemand van jullie vraagt: “Waar gaat U naartoe?” 6 Jullie zijn verdrietig om wat Ik jullie gezegd heb. 7 Maar dit is de waarheid: het is goed voor jullie dat Ik ga, want als Ik niet ga zal de pleitbezorger niet bij jullie komen, maar als Ik weg ben, zal Ik Hem naar jullie zenden. 8 Wanneer Hij komt zal Hij de wereld in het ongelijk stellen door duidelijk te maken wat zonde, gerechtigheid en oordeel is: 9 zonde – dat ze niet in Mij geloven, 10 gerechtigheid – dat Ik naar de Vader ga en jullie Me niet meer zien, 11 oordeel – dat de heerser van deze wereld is veroordeeld. 12 Ik heb jullie nog veel meer te zeggen, maar jullie kunnen het nog niet verdragen. 13 De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer Hij komt, de weg wijzen naar de volle waarheid. Hij zal niet namens zichzelf spreken, maar Hij zal zeggen wat Hij hoort en jullie bekendmaken wat komen gaat. 14 Door jullie bekend te maken wat Hij van Mij heeft, zal Hij Mij eren. 15 Alles wat van de Vader is, is van Mij – daarom heb Ik gezegd dat Hij alles wat Hij jullie bekend zal maken, van Mij heeft.
Weekspreuk: “Wanneer Ik van de aarde omhoog geheven word, zal Ik iedereen naar Mij toe halen.” (Johannes 12:32)
Thema: De wachtende gemeente
Verdere Bijbelteksten: Jesaja 41:8-14; Matteüs 10:16-20; Johannes 14:15-19; Johannes 15:16,16:4; Psalmen 47:9; Lucas 24:6,34.
Kerngedachte: Jezus verwacht van ons zelfstandig en autonoom handelen. Op onze weg van navolging worden we door de Heilige Geest, die Jezus ons terzijde stelt, ondersteund.
Opmerking vooraf:
Het gesprek tussen Jezus en zijn leerlingen vindt plaats op de vooravond van zijn arrestatie. Jezus wijst zijn leerlingen er nogmaals (bijvoorbeeld Johannes 13:33,36 en Johannes 14:2) op, dat Hij tot zijn hemelse Vader terug zal keren. In zijn plaats zal nu de Heilige Geest de leerlingen op hun verdere geloofsweg begeleiden.
Jezus volbrengt zijn taak en voor de leerlingen wordt het tijd zelfstandig te worden.
Uitleg:
Jezus volbrengt zijn taak (dood aan het kruis, opstanding en hemelvaart) en keert tot slot naar zijn hemelse Vader terug. Hij laat zich daarbij niet tegenhouden. Ook op de berg van de verheerlijking (Tabor) werden geen tenten opgeslagen (Lucas 9:33 en de leerlingen zullen het in de toekomst zonder Hem moeten stellen.
De leerlingen zijn zich hiervan inmiddels bewust. Ze zijn verdrietig en stellen geen vragen meer (Johannes 16:5-6). Wat is er goed aan, dat Jezus hen verlaat? Eigenlijk niets! Maar het is een deel van zijn taak. De leerlingen zouden eigenlijk blij moeten zijn voor Jezus, dat Hij terug naar de hemel gaat. “Als je Me liefhad zou je blij zijn dat Ik naar mijn Vader ga” (Johannes 14:28).
Jezus laat dus zijn leerlingen vrij in de zelfstandigheid. Ze zijn voldoende voorbereid. Wat er nog ontbreekt zal de Heilige Geest aan hen verschaffen. Jezus volbrengt het deel van zijn werk, dat alleen Hij zelf kan volbrengen: de offerdienst. Daarmee creëert Hij de voorwaarde, dat de Heilige Geest het tweede deel van zijn werk – het onderricht – kan voortzetten.
Het werkzaam zijn van de Heilige Geest
Jezus geeft een voorproefje van het “werkzaam zijn van de Heilige Geest”. De Heilige Geest zal de wereld de ogen openen (in andere Bijbelvertalingen staat: …. zal de mensen laten zien….,….. zal de wereld overtuigen….) over:
• de zonde
• de rechtvaardigheid
• Het oordeel
Daarbij licht Jezus zelf toe, wat Hij daarmee wil zeggen:
De zonde van de wereld is, dat de wereld niet in Jezus gelooft, dat zij niet gelooft, dat Hij de Heiland en de Zoon van God is. Het gaat dus niet om willekeurige alledaagse fouten, maar om de kern van het christelijk geloof. Deze zonde zal de Heilige Geest onthullen.
De rechtvaardigheid is, dat Jezus in het kader van de volbrenging van zijn taak naar God in de hemel terugkeert. God plan tot redding van de mensen vervulde zich, doordat Hij zijn Zoon offerde om daarmee recht te doen aan zijn eigen voorschrift (de dood is de prijs voor de zonde). Door het geloof in het offer van de onschuldige worden de zondaren gerechtvaardigd. De Zoon van God, die de wereld heeft afgewezen en die zij heeft gedood (en daarmee onbewust Gods plan heeft voltrokken), keert naar zijn gebruikelijke plaats aan de zijde van zijn Vader terug. Daar hoort Hij namelijk thuis. Deze rechtvaardigheid zal de Heilige Geest onthullen.
Her oordeel is, dat over de duivel recht wordt gesproken en niet over de zondige mens. De gelovige is door het offer van Jezus gered. Over de duivel is daarentegen het definitieve oordeel uitgesproken. Door het offer van Jezus heeft hij zijn aanspraak op heerschappij verloren. In Jezus zijn de gelovigen tot de vrijheid geroepen. Het werk van de beide tegenstanders, God en de duivel, kan niet meer van elkaar verschillen:
• De duivel laat mij op mijn tanden bijten
• De Heilige Geest tovert een lach op mijn gezicht.
Dit oordeel zal de Heilige Geest verkondigen.
De Heilige Geest is nog steeds werkzaam
Deze inzichten zijn echter nog niet het enige, wat Jezus de leerlingen te vertellen had, maar om de leerlingen niet te overbelasten, laat Hij de verdere details van het werk over aan de Heilige Geest (bijvoorbeeld Lucas 12:12; Johannes 14:26). Die wordt door Jezus gezonden en uitgerust. Zoals Jezus het werk van zijn Vader doet, zal de Heilige Geest zijn werk voortzetten (Johannes 16:13). Alles is voor de toekomst goed voorbereid en:
Jezus laat zijn leerlingen vrij in de zelfstandigheid, tot op heden!
Jezus bidt voor zijn leerlingen en betrekt toekomstige leerlingen nadrukkelijk in zijn (hogepriesterlijk) gebed: “…maar voor allen die door hun verkondiging in Mij geloven.” (Johannes 17:20)
Als metgezel stelt Jezus ons, als leerlingen, tot op de dag van vandaag de Heilige Geest terzijde en ter beschikking. Wij mogen ook een beroep doen op deze ondersteuning.
Het werk van de Heilige Geest zal tot aan de terugkomst van Jezus, de voltooiing van het rijk van God, voortduren. H. Damen

Bericht vervalt automatisch op dinsdag 1 juli , 2025