Woord van de week – 13 april (Palmzondag)

WB_25_04_13 Voor Palmzondag 13 april 2025

Palmzondag – verblind door het succes? Filippenzen 2:5-11

5 Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. 6 Hij die de gestalte van God had, hield zijn gelijkheid aan God niet vast, 7 maar deed er afstand van. Hij nam de gestalte aan van een slaaf en werd gelijk aan een mens. 8 En als mens verschenen, heeft hij zich vernederd en werd gehoorzaam tot in de dood–de dood aan het kruis. 9 Daarom heeft God hem hoog verheven en hem de naam geschonken die elke naam te boven gaat, 10 opdat in de naam van Jezus elke knie zich zal buigen, in de hemel, op de aarde en onder de aarde, 11 en elke tong zal belijden: ‘Jezus Christus is Heer, ‘tot eer van God, de Vader.

Weekspreuk: “De Mensenzoon moet hoog verheven worden,………… opdat iedereen die gelooft, in Hem eeuwig leven heeft.” (Johannes 3:14-15)

Thema: De Man van smarten.

Verdere Bijbelteksten: Johannes 12:31-33.

Kerngedachte: Jezus is – ondanks alle andere maatschappelijke idealen – het voorbeeld voor zijn gemeente – ik mag beslissen of Hij dat ook voor mij is.

Opmerking vooraf:
Het is wel een interessant spektakel, de Olympische Spelen, WK’s of EK’s. Soms worden alle medailleverwachtingen van de individuele sporter en van landen ver overtroffen, soms worden de nagestreefde successen niet bereikt. Maar hoe lastig en inspannend is de weg voor een sporter een begeerde medailleplaats te bereiken? Een paar honderdste van een seconde beslissen over zege of nederlaag. De droom van het succes mobiliseert blijkbaar een heleboel kracht, vertroebelt echter helaas ook het oog voor mogelijke gevaren voor het lichaam of het leven. Dodelijke ongevallen bij de wedstrijden zijn tenminste een indicatie voor dit “verblindingseffect”.
Alleen overwinningen en winnaars lijken iets waard te zijn in deze wereld. Wie tot de winnaars behoort, krijgt aandacht, erkenning en mag zich ook verheugen over de waardering van mensen. Alleen degene, die wint, zal ook in de toekomst zich staande houden. Hoe men in de toekomst zich staande kan houden, wordt ons door de maatschappij, waarin wij leven, ook meteen meegegeven: Nodig zijn een uitstekend opleidingsniveau, een crisisbestendige baan, een royaal inkomen, een woning buiten voor ons pensioen, een fijne auto , elegante kleding en aparte vakantiebestemmingen voor de stressreductie. Daarbij nog een hoop verzekeringen, opdat elk levensrisico is gedekt. Ach ja, soms ook familie en kinderen, zolang die met de levensstandaard verenigbaar blijven.
Over kinderen gesproken: Hebben zij in een geglobaliseerde wereld nog wel tijd voor een individuele ontwikkeling? Zijn verschillende vormen in hun ontwikkeling toegestaan? Is hun jeugd echt vrij van de druk om te presteren en succes te hebben? Door allerlei observaties en onderzoeken in de geneeskunde en de jeugdpsychologie is men erin geslaagd de ontwikkeling van de kinderen in normtabellen weer te geven. Sindsdien zijn jonge ouders bij ieder bezoek aan de kinderarts ongerust, of hun kind wel de normcurve zal bereiken. Een kennis vertelde mijn vrouw, dat zij van kinderarts veranderd was. De reden was vermoedelijk de diagnose van die arts, dat de kleine dringend naar de logopedist moest, omdat hij met zijn 18 maanden pas 6 woorden goed verstaanbaar kon spreken. De nieuwe kinderarts stelde haar gerust met de woorden: “Een grashalm groeit ook niet sneller, als men eraan trekt.” Ja, we willen er graag aan “trekken”, als het om onze kinderen gaat. Ze moeten er toch in de toekomst mooier, gezonder, beter opgeleid en succesvoller voorstaan dan anderen. Daarom houdt de staat een veelsoortig aanbod paraat. Hiertoe behoren bijvoorbeeld crècheplaatsen voor kinderen van 0-3 jaar, gegarandeerde kleuterschoolplaatsen voor kinderen van 3-6 jaar, scholen voor voltijds basis en middelbaar onderwijs of met mogelijkheden voor bijles en ondersteuning. Hoe goed dit gehele aanbod ook mag zijn, het leidt er bij veel kinderen toe, dat ze meer tijd met opvoeders, pedagogen, maatschappelijk werkers en psychologen doorbrengen dan met hun eigen ouders of dat ze onderduiken in het internet en zich van alles en iedereen isoleren.
Ouders, die dit aanbod voor hun kinderen niet ten volle benutten, worden er al gauw ervan verdacht, dat zij een succesvolle toekomst belemmeren voor hun kinderen. Daarom dus gewoon elk aanbod benutten en de kinderen trainen voor topprestaties. Ouders, wiens kinderen aan zo’n gigantisch programma niet kunnen voldoen, eisen uit vertwijfeling vaak nog meer prestaties van hun kinderen. Gelukkig zijn de kinderen, wiens ouders in zulke gevallen de rust bewaren en voor hun kinderen gewoon liefdevolle ouders blijven. Want niet het succes bepaalt de kwaliteit van een mens, maar zijn liefde voor andere mensen.

Uitleg:
Dat was het waarschijnlijk ook, wat Jezus Christus aan de Joden bij de intocht in Jeruzalem graag had overgebracht: De liefde van God voor zijn volk in de persoon van Jezus Christus en de vervulling van de profetische beloftes. In plaats daarvan zag men in Jezus de succesvolle mens. Een mens, die met een paar broden en vissen vele duizenden voedt. Een mens, die alleen met woorden natuurkrachten terechtwijst of schijnbaar moeiteloos natuurwetten buiten werking stelt. Een mens, die vreselijke ziekten geneest en zelfs doden tot leven wekt.
Johannes legt volgens de vertaling “Hoop voor Allen” (een Duitse Bijbelvertaling) in zijn evangelie in hoofdstuk 12:17-18 vast: “De mensen die erbij waren geweest toen Hij Lazarus uit het graf riep en uit de dood opwekte, waren van die gebeurtenis blijven getuigen. Daarom ging de menigte Hem ook tegemoet, omdat ze gehoord hadden dat Hij dit wonderteken had gedaan.”
Zoals reeds vermeld, verkeren ook wij in ons leven als christen in het gevaar slechts naar het succes te kijken en daarbij dat wat echt belangrijk is over het hoofd te zien. Zo’n zienswijze kan dan, evenals bij de mensen in Jeruzalem, ertoe leiden, dat wij ons erg snel van Christus distantiëren. Vooral wanneer de dingen zich niet ontwikkelen volgens menselijke denkbeelden. Dit gevaar kende Jezus ook. Daarom vroeg Hij vaak zijn wonderdaden niet bekend te maken. Hij maakte eveneens duidelijk wie de handelende was (zie Johannes 11:41: “….’Vader, ik dank U dat U mij hebt verhoort.”) of Hij documenteerde door de volgorde van zijn dagen, waarop het voor Hem werkelijk aankwam (zie Marcus 2:5 en 11: Eerst de bevrijding van schuld, dan de genezing van ziekte).

Wij mogen Jezus Christus daarom niet slechts tot een wonderdoener reduceren, ook al verricht Hij zulke wonderen tot op de dag van vandaag. Nee, Jezus Christus laat als Zoon van God nog heel andere kwaliteiten zien en wordt juist daarom door Paulus in het Bijbelwoord van vandaag tot de maatstaf voor het gemeenteleven en de omgang met elkaar verheven: “Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had.” (Filippenzen 2:5)

Vanaf Filippenzen 2:6 maakt Paulus dan duidelijk, dat Jezus van zijn goddelijke aanspraken afstand deed. Hij werd als een slaaf: geen eigendom, afhankelijk, een vreemdeling en (grotendeels) rechteloos. “Hij gaf alles op….”, zoals andere Bijbelvertalingen het ook uitdrukten. Hij kwam de top en ging naar de bodem. Hij verliet zijn hemelse thuis en landde in de voedertrog van stalvee. Als hulpeloos kind werd hij in de handen van mensen gegeven. Hij werd een mens van vlees en bloed en doormaakte als zodanig alle hoogte- en dieptepunten. Hij ondervond aanvechting, vijandigheid, verleiding, verraad, eenzaamheid, kwelling, pijn, de scheiding van God en de dood. Maar in alles zag Hij zag van de verdediging door spraak of door engelmachten. Jezus Christus bepaalde daarmee een maatstaf voor deemoed en gehoorzaamheid. Door deemoed en gehoorzaamheid had Hij de macht aan het kruis te sterven.

Deemoed en gehoorzaamheid zijn in de huidige tijd negatief beladen eigenschappen. Zij weerspiegelen onderdanig gedrag en staan in schril contrast tot een op succes georiënteerde maatschappij. Ook sommige christenen vatten deemoed of gehoorzaamheid op als onderdanigheid en het bevel tot roerloos afwachten of doorstaan. Maar als men de beschrijving van Paulus juist begrijpt, was Christus zelf bij het sterven aan het kruis nog aan God gelijk en zou daarmee alle mogelijkheden hebben gehad de dood te verhinderen. Daarmee is deemoed dus geen onderdanig afwachten, maar een vastberaden terughoudendheid ondanks alternatieve, geweldige mogelijkheden, bijvoorbeeld de hemelse heerscharen. Het bewees dapperheid of gewoon de moed om te dienen (zie Marcus 10:45).
Bij mij rijzen de vragen over mijn moed om te dienen en of ik (nog steeds):
• krampachtig vasthoud aan mijn (waarnemings-) functie/positie/ambt in de gemeente, op het werk of in het gezin?
• voor de “kleine” diensten in de gemeente (bijvoorbeeld de deurdienst, de schoonmaak van de keuken, het zetten van koffie) of in het gezin (bijvoorbeeld het legen van de vuilnisbakken, de afwas) beschikbaar ben?
• graag geef aan degenen, die mij nooit meer iets kunnen teruggeven?
• de tijd voor de zieken of eenzamen opbreng?
• met enthousiasme en aandacht luister, als ouderen hun verhaal al voor de tiende keer aan mij vertellen?
• geduld bewaar met mijn medezusters en -broeders en haar of hem graag tegen anderen in bescherming neem?
• mijn ideeën en eisen voor het welzijn of nut van anderen kan opgeven?

Hoe is het met mijn gehoorzaamheid? De gehoorzaamheid van de Zoon van God leidde Hem in de misdadigersdood. Als mens hing Jezus, ondanks zijn goddelijkheid, aan zijn leven. Dat kunnen we in ieder geval concluderen uit zijn strijd in Getsemane. Maar Hij gaf zijn leven uit handen, omdat het voldeed aan de wil van zijn Vader. Vervolgens handelde God en verhoogde Hem en gaf Hem de naam, die boven alle namen staat.

Hoe staat het er bij mij voor, houd ik mijn leven nog vast of heb ik het om Gods wil al uit handen gegeven? Kan ik mij al geheel klein maken en zelfs in de extremiteiten van het leven Gods goede ideeën voor mij waarnemen?.
Hoe ik de vragen voor mijzelf ook beantwoord, aan het einde kom ik niet aan Jezus Christus voorbij. Hij is meer dan een succesvolle wonderdoener. Iedereen zal voor Hem moeten buigen. Ook de succesvolste en machtigste mensen op deze aarde. Daarom moeten wij onze krachten niet voor het succes in deze wereld uitputten, maar streven naar de maatstaf van Jezus Christus met zijn deemoed en gehoorzaamheid. Want uiteindelijk is Hij de opstanding en het leven (Johannes 11:25). Dat is meer dan medailles, een luxueuze levensstandaard of een hoog opleidingsniveau.

R. Rufft

 

Bericht vervalt automatisch op dinsdag 13 mei , 2025