WB_24_09_29 Voor zondag 29 september 2024
Medewerkers van God Hebreeën 10:35-39
35 Leg die onbeschroomdheid dus niet af, u zult er ruim voor worden beloond.
36 Blijf juist volharden, want als u de wil van God doet, zult u ontvangen wat u beloofd is.
37 Immers: ‘Nog een heel korte tijd, dan komt hij die komen zal, hij blijft niet lang meer weg,
38 en dan zullen mijn rechtvaardigen leven door hun geloof, ‘maar ook: ‘Wie terugdeinst ben ik niet langer welgezind.’ 39 Wij echter behoren niet tot degenen die terugdeinzen en ten onder gaan, maar tot hen die door hun geloof behouden blijven.
Vertrouwen is de basis voor gemeenschap – onder elkaar en met God. Als wij ons vertrouwen opgeven, is echte gemeenschap niet meer mogelijk.
Vertrouwen is een kenmerk van door God gewild, aan de schepping beantwoordend leven. Van aanvang af berust ons leven op vertrouwen. Zonder vertrouwen op de moeder zou ieder pasgeboren kind niet kunnen overleven.
Het leven van de mensen is op gemeenschap geënt. “En God de HEER sprak: Het is niet goed dat de mens alleen is.” (Genesis 2:18). Samenleven is echter alleen daar mogelijk, waar vertrouwen onder elkaar bestaat. Ook de verhouding tussen de mensen en hun Schepper berust oorspronkelijk op vertrouwen. God vertrouwde de mensen zijn schepping toe. God vertrouwde er daarbij op, dat zij niet van de boom van de kennis van goed en kwaad zouden eten en de mensen vertrouwden er op hun beurt op, dat het hun met al het andere aan niets belangrijks voor het leven zou ontbreken.
Juist dit vertrouwen, dat de basis van onze samenleving en onze verhouding tot God vormt, wordt echter steeds weer het doelwit van aanvechtingen van de boze. Al in het paradijs slaagde de slang erin dit vertrouwen teniet te doen en de mensen wijs te maken, dat God hun met de boom van de kennis van goed en kwaad iets belangrijks onthoudt. Het gevolg was de zonde. Zonde en daarmee scheiding werden uiteindelijk alleen maar mogelijk, omdat het vertrouwen niet meer aanwezig was. Deze handelwijze van de boze is tot op heden niet veranderd. Steeds weer wordt het vertrouwen van de mensen in een vriendschap, huwelijk, in geloofsgemeenschap, noem maar op, in de verdrukking gebracht. Niet zelden zijn ruzie en scheiding de gevolgen, die op hun beurt zelf, als een duivelse spiraal, vertrouwen in twijfel trekken.
Ook ons vertrouwen in God en ons leven in de gemeenschap met Jezus Christus ondergaan steeds opnieuw aanvechtingen:
-Is dat nog mijn God, als Hij mijn huidige, zware levenssituatie toestaat?
-Waar is de troost van de Heilige Geest?
-Waarheen moet mijn leven met Jezus Christus eigenlijk leiden?
-Heeft het trouwens nog zin te bidden?
-Zal Jezus Christus echt terugkomen en dan daadwerkelijk zijn Rijk stichten?
-Hoe moet dat eigenlijk gaan?
Wij zullen deze aanvechtingen niet kunnen verhinderen. Wij kunnen deze gedachten niet uitbannen, of in het gunstigste geval verdringen, maar wij kunnen er op de juiste wijze op reageren. De schrijver van de brief aan de Hebreeën wijst daartoe op een heel wezenlijk aspect. Ook als wij de aanvechtingen van ons vertrouwen, die vaak ook van buiten op ons afkomen, niet kunnen verhinderen, kunnen wij toch zelf beslissen, of wij als reactie daarop ons vertrouwen al of niet opgeven, dus van het vertrouwen “terugdeinzen”, zoals het in het bijbelwoord wordt genoemd.
Als de liturgische kalender ons leidt naar dit deel van de brief aan de Hebreeën, hebben wij de kans onszelf en onze gemeenten er weer bewust van te maken welke gevaren er dreigen door het opgeven van vertrouwen. Een leven zonder vertrouwen gaat snel aan een door God gewilde bestemming voorbij. Een leven zonder vertrouwen zet zijn toekomst op het spel. Waar het vertrouwen verloren gaat, gaat ook het geloof in de beloftes van God verloren, waarin de in het bijbelwoord beschreven beloning verborgen is.
Tot slot nog enige opmerkingen:
– Wie geen vertrouwen in zijn medemensen heeft, maakt zichzelf iets wijs, als hij gelooft vertrouwen in Jezus Christus te hebben. Jezus zelf heeft steeds weer duidelijk gemaakt dat Hij in de mensen is te vinden. “Dan zul je begrijpen dat Ik in mijn Vader ben, dat jullie in Mij zijn en dat Ik in jullie ben.” (Johannes 14:20): “…alles wat jullie gedaan hebben voor een van de onaanzienlijksten van mijn broeders of zuster, dat hebben jullie ook voor Mij gedaan.” (Matteüs 25:40); of ook de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan, … Niet voor niets gebiedt Hij zijn discipelen, dat zij elkaar moeten liefhebben – hoe zal dat zonder vertrouwen mogelijk zijn?
– De beloning van het vertrouwen heeft niet alleen betrekking op de eeuwigheid, maar ook op ons aardse leven. Een leven in het vertrouwen op God toont Jezus bijvoorbeeld in de Bergrede en met name de zaligsprekingen zeggen dat de beloning niet pas in de eeuwigheid plaatsvindt, maar direct, hier en nu. Matt 5 “Zalig zijn, 3 ‘Gelukkig wie nederig van hart zijn, want voor hen is het koninkrijk van de hemel. 4 Gelukkig de treurenden, want zij zullen getroost worden. 5 Gelukkig de zachtmoedigen, want zij zullen het land bezitten. 6 Gelukkig wie hongeren en dorsten naar gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden. 7 Gelukkig de barmhartigen, want zij zullen barmhartigheid ondervinden. 8 Gelukkig wie zuiver van hart zijn, want zij zullen God zien. 9 Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden. 10 Gelukkig wie vanwege de gerechtigheid vervolgd worden, want voor hen is het koninkrijk van de hemel. ….” Een leven in vertrouwen maakt al hier en nu een innige, zegenrijke gemeenschap onder elkaar en met Jezus Christus mogelijk.
-Als wij erover nadenken hoe wij vertrouwen kunnen versterken, is er voor volgelingen van Christus in het algemeen en voor tot de dienst geroepen medewerkers en zielzorgers in het bijzonder, naast de uitwerkingen voor het eigen leven, de verantwoordelijkheid voor de mensen, die Jezus Christus wil redden. Concreet wordt ons gevraagd of ons gedrag bijdraagt aan het scheppen van een cultuur en sfeer in onze omgeving, in onze gemeenten en in de kerk van Christus, waarin mensen verloren vertrouwen terug kunnen vinden en aangetast vertrouwen kunnen versterken.
U. Hykes
Bericht vervalt automatisch op dinsdag 29 oktober , 2024